Opgekocht door het Vlaamse Lannoo: het nieuwe front van J.M. Meulenhoff
Door Reinjan Mulder
Wat was mijn eerste reactie toen ik vorig jaar hoorde dat J.M.Meulenhoff, mijn vroegere werkgever, door het uiteenvallende PCM werd verkocht aan de Vlaamse uitgeverij Lannoo? Geen reactie, voor zover ik me herinner. Ik had nauwelijks een idee wat Lannoo was. Ik herinnerde me misschien vaag hun treurige stands in Frankfurt, op de Vlaamse afdeling, waar een paar net geklede dametjes vergeefs zaten te wachten op buitenlands bezoek, en dat was het wel.
In mijn hele boekenkast had ik, zo bleek, ook geen enkel boek van Lannoo staan. En dat zegt wat, ik schuim al veertig jaar winkels en antiquariaten af naar ‘boeken die ik ooit misschien gebruiken kan voor iets’.
Sinds vandaag weet ik beter hoe dat komt, die treurige stands en die lege plekken in de kast. In het komende nummer van het tijdschrift De Boekenwereld, waarvan ik de proeven sinds een paar dagen in huis heb, schrijft hoogleraar boekwetenschap Lisa Kuitert een stukje over een jubileumboek van het honderdjarige Lannoo. Daaruit blijkt dat uitgeverij Lannoo van alle Vlaamse uitgeverijen zo ongeveer de meest foute is uit de hele Tweede Wereldoorlog. En daarna. En dat zegt wat, in Vlaanderen. Men gaf er in het begin van de jaren veertig vrolijk het beruchte antisemitische schotschrift Het jodenvraagstuk uit en benoemde er nog in 1952 de Nederlandse ex-NSB’er Maarten van Nierop tot directeur, die net in eigen land vijf jaar cel wegens collaboratie met de Duitse bezetter had uitgezeten.
Toen ik in 2003 bij Meulenhoff solliciteerde, wilde ik daar graag werken omdat het, ondanks de grote problemen, nog altijd een net bedrijf was, in een onberispelijke, ‘goede’ traditie. Mai Spijkers had er wat steken laten vallen, maar het had toch in de jaren zestig prachtige, kritische boeken uitgegeven, en er zaten nog altijd een paar grote Latijns Amerikanen, en ook belangrijke joodse schrijvers als Primo Levi, David Vogel, Isaak Babel, Bruno Schultz en Gerard Durlacher hadden we nog in huis. Een reeks Nobelprijswinnaars. Charlotte Mutsaers, Patricia de Martelaere. Met veel genoegen herinner ik me nog altijd een mooie avond met Ton Naaikens rond de uitgave van de verzamelde gedichten van Paul Celan, net als een lunch met Oliver Sacks, na een schitterend optreden van hem in Groningen met Douwe Draaisma, waar we in een stralende zon bespraken hoe we met wat originele acties in Psychologie Magazine zijn oudere werk weer nieuwe impulsen konden geven.
Dat fonds is nu dus direct onder de invloed van de heren van Lannoo gekomen. In een bedrijf dat zich smadelijk Meulenhoff Lannoo noemt.
Ik ben er naar van, als ik het me realiseer. Op de Boekblad-site zoek ik op hoe Meulenhoff-directeur Sander Knol vorig jaar op de overname had gereageerd, en ik word er nog naarder van. Een en al enthousiasme. Lannoo zou perfect bij Meulenhoff passen. ‘We willen Meulenhoff haar aureool teruggeven’, zegt Matthias Lannoo nog in augustus 2010 op de Boekblad-site.
Verdwaasd vraag me af met welke mei-boeken Meulenhoff dit jaar zal komen.
Ik wil het al niet meer weten.
Ik loop deze week met dichte ogen snel aan de boekhandels voorbij.