Buddy van Foodora: de fietsende voedselkoerier

Buddy van de Bos: 'Als het eten komt, is iedereen blij'

Buddy van de Bos: ‘Als het eten komt, is iedereen blij’

Door Reinjan Mulder
Na jaren van ergernissen over veel te brutale pizzakoeriers op het fietspad werd ik prettig verrast door het bericht dat er tegenwoordig een bedrijf is dat per fiets, en uitsluitend per fiets, maaltijden bezorgt. En met succes. Eind mei vierde etenskoerier Foodora zijn eerste – en zeker niet zijn laatste – verjaardag.
Foodora is daarmee een van de opvallendste nieuwkomers in de wereld van de fietsend Amsterdam. Een jaar geleden begonnen met een paar medewerkers zijn er nu al rond de zeshonderd fietsers die voor hen dag in dag uit vers bereide maaltijden van restaurants naar hongerige klanten rijden. Op drukke dagen, meestal in de weekends, zijn er meer dan honderd mensen tegelijk op de weg.
Het bedrijf moest door deze onstuimige groei al verschillende keren naar een groter pand verhuizen en is sinds kort neergestreken aan het fietsvriendelijke Zandpad, meteen naast de Jeugdherberg aan het Vondelpark. Op het kantoor daar werken nu veertig mensen die elke dag de Foodora-fietsers in goede banen proberen te leiden.
En dat lukt ze aardig. Ik heb afgesproken een avondje met een van de koeriers mee te fietsen voor een reportage in het fietsersvakblad Oek. Aan het begin van de avond is het op de binnenplaats achter het gebouw een drukte van jewelste om alle koeriers, die drivers worden genoemd, van aluminium rekjes op hun fiets en coolboxen te voorzien. Binnen is een balie die informatie geeft, maar de meeste fietsers lijken hun weg vanzelf te vinden.
Voorwaarde om bij Foodora te komen werken is dat je een goede fiets hebt, een dienstbare instelling en een smartfone waarop de Foodora app geinstalleerd kan worden. Via deze app wordt iedereen onderweg aangestuurd. Ik maak kennis met de koerier Buddy van de Bos (27) en vergezel hem op zijn tocht door warm Amsterdam. Buddy studeerde biomedische wetenschappen en dat doet hij eigenlijk nog steeds, maar het fietsen voor Foodora vindt hij vooralsnog veel leuker zodat hij twijfelt of hij zijn studie wel af zal maken.
Wat hem aantrekt in het werk, is dat hij erg op Amsterdam gesteld is, ‘Amsterdam is zo’n mooie stad’, maar hij vindt het ook leuk dat hij als voedselkoerier voortdurend lachende mensen tegenkomt. ‘Je komt ze eten brengen en dat vinden ze leuk.’ Als je hebt aangebeld zie je bijna altijd een glimlach op hun gezicht. Alleen als je laat bent, wat gebeuren kan, valt dat soms tegen.
Buddy werkt 29 uur in week, de vijf werkdagen, en begint meestal rond zes uur. Hij heeft dan zelf al gegeten om niet te veel last te hebben van de heerlijke geuren in de restaurantkeukens waar hij komt, en werkt meestal door tot een uur of 11.

Om tien voor zes hij vast zijn app aan, en begint het wachten op de eerste opdracht. Een kwartier later ziet hij op zijn smartfone dat hij naar een restaurant op de Prinsengracht, vlak bij de Leidsegracht moet. Rustig rijdt hij het Zandpad af, wacht bij het stoplicht, en neemt de fietsersoversteekplaats aan het begin van het Vondelpark.
De app biedt de mogelijkheid om ook een route door te geven, maar Buddy kiest liever zelf zijn weg. Voor hem is dat een deel van de uitdaging. Hij weet dat goed weggedrag belangrijker is dan snelheid, steekt zijn hand bij het afslaan en rijdt – in ieder geval tijdens werkuren – niet door rood.

Medewerkers bij Foodora werken volgens een zogeheten nul-urencontract en worden per uur betaald en niet per opdracht, zodat ze niet in de verleiding komen te hard te rijden, zo heeft de recruiter van het bedrijf me op kantoor verteld. ‘Veiligheid is voor ons erg belangrijk. We willen dat het eten goed aankomt.’ Er zijn wel tijdslimieten voor de drivers maar mijn indruk is dat die niet te krap zijn.
In het restaurant loopt Buddy meteen door naar achteren, waar hij een trap af gaat. ‘Meestal lopen we direct door naar de keuken, zodat je niet in het eetgedeelte hoeft rond te hangen.’ Het eten staat al voor hem klaar en verdwijnt in een koeltas, die in de geïsoleerde paarse box achterop zijn fiets past.
Bij de fiets aangekomen typt hij in dat het eten is opgehaald, en pas dan leest hij waar het heen moet. Bij Foodora krijgen de fietsers pas na het voltooien van een opdracht weer een nieuwe opdracht, om niet onnodig gestrest te raken.
We moeten naar de Utrechtse Dwarsstraat en na een korte blik op de plattegrond op zijn smartfone besluit Buddy de Prinsengracht af te rijden tot aan de Reguliersgracht. Buddy geniet zichtbaar van het fietsen. Hij vertelt dat hij vóór deze baan een tijd op een scooter werkte, om sushi te bezorgen, maar dat hij dit veel leuker vindt. ‘Ik zat daar de hele dag, dit is toch veel beter voor je conditie.
Foodora is onderdeel van een internationaal bedrijf, begonnen in Duitsland. Dat maakt dat ze over startkapitaal beschikken en kunnen steunen op eerdere ervaringen. Belangrijk bij hun groei is hun naamsbekendheid en hun goede reputatie. Daarom hebben alle fietsers een soort bedrijfskleding aan, een roze poloshirt, en ’s winters een gevoerd roze jack.
De belangrijkste concurrent in Amsterdam is het oudere Deliveroo. Wie van de twee het grootste is, is onduidelijk, maar onderweg komen we meer koeriers van Foodora tegen dan van Deliveroo. De koeriers van Foodora groeten elkaar altijd, en als ze toevallig bij het zelfde restaurant moeten wachten maken ze een praatje. Buddy kent lang niet alle koeriers, daarvoor zijn het er teveel en is het bedrijf te hard gegroeid.
In de Utrechtse Dwarsstraat krijgt hij van een tevreden klant een fooitje en wacht hij beneden naast zijn fiets op een volgende opdracht. Die laat niet lang op zich wachten. We moeten naar de Van Woustraat om een Luxe Hamburger op te halen.

Als we die bij een groot kantoor op de Weteringsschans hebben bezorgd, fietsen we door naar de Nieuwmarkt, waar bij een Thai al een portie rijst met groente in een papieren zak voor de Marnixstraat klaar staat. Zo fietsten we verder door Amsterdam, van restaurant naar klant.
Ik kan een licht gevoel van jalouzie niet onderdrukken. Elke dag een paar uur door de stad fietsen, steeds weer nieuwe, enthousiaste mensen ontmoeten. Het lijkt me heerlijk. We treffen het natuurlijk, omdat het vandaag mooi weer is. Als het stormt en regent is het werk minder leuk, zegt Buddy, en juist dan zijn er de meeste klanten. ‘Mensen hebben dan geen zin het huis uit te gaan, en komen naar Foodora.’
De recruiter heeft me verteld dat het loon ongeveer op het niveau van het minimumloon ligt en dat jongeren daardoor minder verdienen dan ouderen. Er zijn voorlopig nog veel nieuwe mensen nodig want het bedrijf groeit hard. Het blijft me nog even bezig houden.

Verscheen eerder in Oek, het blad van de Fietsersbond afdeling Amsterdam. 

 

Geef een reactie