Hans Goedkoop en de verdwenen Rubinstein-biografie

Hans Goedkoop: horen, zien en zwijgen

Hans Goedkoop: horen, zien en zwijgen

Door Reinjan Mulder
UPDATE – Je kunt niet zeggen dat Hans Goedkoop zich niet aan zijn beloftes houdt. Toen hij twintig jaar geleden een contract sloot voor het schrijven van een biografie van Renate Rubinstein, wilde hij daarin geen inlevertermijn opnemen. Geluk, de biografie van Herman Heijermans waarop hij in 1996 promoveerde, had hem zoveel stress bezorgd, zo vertelde Goedkoop me, dat hij dacht: dit nooit meer. Hij wilde nu ‘de tijd nemen’ voor een volgend boek.
Maar hoe onverstandig dat kan zijn, werken zonder deadline, kan iedereen inmiddels zien. Niet alleen is de biografie van de in 1990 overleden Renate Rubinstein er een kwart eeuw na haar dood nog altijd niet, de kans is ook groot dat die er nooit meer komt. Toen ik Hans Goedkoop voor het laatst over het boek sprak, in 2003 op de burelen van Meulenhoff, was hij nog vol goede moed om zijn project af te maken, hij was net weer helemaal opnieuw begonnen, zei hij, maar de laatste tijd laat hij ook zelf alom weten dat hij twijfelt of het nog iets wordt.
Dat mag een klein schandaal worden genoemd. Niet alleen zijn er inmiddels al heel wat euro’s in het project gevloeid, de schattingen lopen uiteen van één tot twee ton, ook de schrijfster om wie het gaat, raakt meer en meer uit zicht.
En dat terwijl Renate Rubinstein kort voor haar dood aan iedereen had laten weten dat ze vurig op een eigen biografie hoopte. Het Letterkundig Museum, zo lees ik in de laatste Hollands Maandblad, had al heldere instructies voor zo’n boek ontvangen, plus al haar brieven, kaartjes, snuisterijen, dagboeken en agenda’s. Alles even overzichtelijk gerangschikt.
Het artikel in Hollands Maandblad waaruit ik deze informatie haal, ‘Geen feest voor Renate’, is geschreven door Charlotte Goulmy (1969), een vrouw die zelf graag gepromoveerd was op Renate Rubinstein. Ze bewondert de schrijfster al meer dan dertig jaar, schrijft ze, en wilde al haar boeken al op de boekenlijst van haar middelbare school zetten. Dat proefschrift is er echter nooit gekomen, alleen maar omdat de erven Rubinstein geen toestemming gaven het archief van de schrijfster te raadplegen.
Ik weet niet zeker of het een erg goed proefschrift was geworden, van Charlotte Goulmy. Voor een wetenschappelijke studie heb je enige afstand nodig tot je object, je moet open staan voor kritiek op je onderwerp en ik betwijfel of Goulmy dat doet.

Op dood spoor?

Görlitzer Park, Berlijn, 2008

Maar wie die broodnodige afstand waarschijnlijk wel had kunnen opbrengen, was de oud NRCHandelsblad journaliste en historica Ileen Montijn, de schoondochter van Karel van het Reve. Zij kende Renate’s wereld door haar huwelijk uit de eerste hand, maar is van huis uit wat kordater dan de aarts-aarzelaar Hans Goedkoop. Ileen Montijn was, op verzoek van Podium-uitgever Joost Nijsen, ook al eens half begonnen aan een biografie, maar ook zij moest daarmee ophouden toen ze geen enkele medewerking van de erven kreeg. Ook zij mocht het archief niet in. Daarna werd ze afgeschrikt door het vooruitzicht dat haar boek het vanwege de ongelijke wapenen tegen de biografie van Hans Goedkoop zou afleggen.
Die systematische tegenwerking van de laatste kwart eeuw kan natuurlijk te maken hebben met zorgvuldigheid. Erven willen niet dat er misbruik wordt gemaakt van privé-gegevens. Het kan ook zijn dat men met een embargo Hans Goedkoop in zijn werk en rust wilde steunen.
Maar zulke begripvolle steun moet niet oneindig zijn. De literatuurgeschiedenis kent zijn eigen wetten.
Bij Renate Rubinstein komt daar nog iets bij. Zij was behalve geliefd ook altijd omstreden. Dat wilde ze aanvankelijk ook zijn. Ze kwam uit de eerbiedwaardige traditie van het Amsterdamse studentenblad Propria Cures, waar je al vroeg leert om systematisch dwars te gaan liggen, en dat kon ze beter dan al haar mederedacteuren – met uitzondering misschien van Hugo Brandt Corstius. Maar wie graag dwars ligt, moet niet te gauw klagen als hij op tegenspraak stuit. En daar werd Renate in haar latere jaren misschien wat minder goed in. Ze begon zichzelf als het geweten van de natie te zien. Ook de erven die na haar dood over haar archief gingen, met mensen als Renate’s ‘neefje’ Maurits en haar ex-man en Weinreb-medestrijder Aad Nuis, wekten de indruk niet al te zeer op tegenspraak en kritiek gesteld te zijn. Toen ik na Renate Rubinstein’s dood een invoelende maar wel genuanceerde necrologie van haar schreef in NRC Handelsblad, mocht ik al meteen ervaren dat haar omgeving haar fouten en zwakheden liever met de mantel der liefde bedekt zag. Gelukkig zag onze hoofdredacteur Ben Knapen dat toen net een beetje anders. ‘Bij de dood van Kennedy laat je toch ook de Varkenbaai niet onbesproken’, zei hij, toen ik hem over het insinuerende gefoeter bij Renate’s begrafenis vertelde. Maar het zou kunnen dat de erven met hun embargo ook wilden voorkomen dat door hen ongewenste figuren zich na haar dood nog langer met ‘hun’ schrijfster zouden bemoeien.
Het gevolg is in ieder geval dat we nog steeds niet goed weten wat voor iemand Renate Rubinstein was. Sterker: dat velen niet eens meer weten wie of wat ze überhaupt was. Na 25 jaar raakt zelfs de beste schrijver vergeten, als niet af en toe iemand het vuurtje opstookt.
In haar artikel in Hollands Maandblad komt Charlotte Goulmy met een interessante oplossing voor het Hollandse drama dat zich nu al veel te lang ontrolt. Ze stelt voor dat Hans Goedkoop zijn opdracht onmiddellijk teruggeeft, en in ruil voor de inmiddels ontvangen voorschotten en werkbeurzen al het materiaal dat hij verzameld en beschreven heeft, aan een ander beschikbaar stelt.
Dat lijkt me een verstandig voorstel. In mijn tijd bij Meulenhoff hoorde ik dat Goedkoop zijn opdracht nooit meer terug zou kunnen geven omdat hem dat een vermogen aan terugbetalingen zou kosten. Maar toen de criminoloog Koos van Weringh een paar jaar geleden dreigde te bezwijken onder de biografie van de criminoloog en letterkundige Willem Nagel (J.B. Charles), werd zijn project in collegiaal overleg overgenomen door de emeritus hoogleraar Kees Schuijt, die daarna in de kortst mogelijke tijd met een heel behoorlijk – en voor de geschiedenis onmisbaar – boek op de proppen kwam. Dus waarom biedt iemand als Schuijt nu ook Hans Goedkoop niet de helpende hand?
Volgens Charlotte Goulmy ligt al het materiaal nog altijd voor het grijpen en kan de klus in krap een jaar geklaard zijn.
Wees sportief, Hans, kom op, geef door die opdracht, en liefst een beetje snel!

Een licht ingekorte versie van dit stuk verscheen op 9 mei 2016 in Het Parool. 

 

11 Reacties

  1. Kees Snoek

    Een interessante niet-politiek correcte informant over Renate Rubinstein is Jacob Vredenbregt (geb. 1926, wonend in Indonesië). Moge die biografie er gauw komen!

  2. Charlotte Goulmy

    Die naam heb ik nog nooit gehoord… Vertel!

  3. Leefde Carmiggelt nog maar…

  4. Charlotte Goulmy

    Ik was Jacob Vredenbregt vergeten, ze heeft in 1989 over haar Israel reis met hem (voor Avenue) geschreven…

  5. […] zijn blog Das Zahngold gaat Reinjan Mulder, oud-uitgever bij Meulenhoff, op de kwestie door. Hij vraagt zich af of Goulmy […]

  6. Dik Rondeltap

    Tijdens de discussies over de zaak Weinreb, waarbij W.F. Hermans het juiste standpunt innam, bleek al duidelijk hoe slecht Renate Rubenstein kon omgaan met tegenspraak, evenmin als haar ex Aad Nuis trouwens.

  7. Charlotte Goulmy: Jacob Vredenbregt heeft in zijn memoires Terugzien en nakaarten (Nijgh & Van Ditmar, 2009) een hilarisch verslag gedaan van zijn reis naar Jordanië met Renate Rubinstein. De twee lagen elkaar niet.
    Als uitgever van Vrij Nederland heb ik in het begin van de jaren 90 een subsidie van 30.000 gulden met Hans Goedkoop afgesproken. Enkele details zou hij nog moeten regelen met hoofdredacteur Joop van Tijn. Toen die in 1995 overleed, belde Goedkoop me: de zaak was nog niet rond gekomen.
    Gezien de eeuwige tijdnood van JvT kon ik me dat voorstellen.
    Ik heb toen mijn opvolgster Lize Alink het dossiertje gestuurd. Of het bedrag ooit een hem betaald is weet ik niet.

  8. Marit Voordenberg

    Het artikel van Charlotte Goulmy,in Hollands Maandblad, is mij uit het hart gegrepen. Ook ik was fan van Renate Rubinstein en heb al haar boeken gelezen. Al jaren hoop en wacht ik op een biografie van Renate Rubenstein. Misschien een mooi nieuw project voor Annejet van der zijl?

  9. Ik heb Hans Goedkoop gisteren gesproken na afloop van een lezing in Delft en de kans dat hij de opdracht om de biografie van Renate Rubinstein te schrijven uit handen zal geven, acht ik niet groot: http://bit.ly/1MnluN8

  10. Charlotte Goulmy
  11. Een geactualiseerde en licht ingekorte bewerking van dit stuk verscheen op 9 mei 2016 in Het Parool.

Geef een reactie