Uit de as
Door onze correspondent
UPDATE NEURENBERG, 23 december – Deze maand is bij het gerechtshof in Neurenberg in hoger beroep opnieuw een zaak begonnen over de diefstal van gouden resten uit gebitten, het zogeheten Zahngold. Het gaat om zes mannen uit Neurenberg in de leeftijd van 30 tot 55 die in totaal minstens 130.000 euro hebbenverdiend met de verkoop van achtergebleven goud uit het crematorium. Elke twee weken liep een van hen met een zakje goud uit de ovens naar de juwelier, die daarvoor vervolgens een paar duizend euro neertelde. In eerste instantie waren de zes door het kantongerecht tot geldboetes en voorwaardelijke vrijheidstraffen veroordeeld. Ze zijn het daar niet mee eens, omdat ze vinden dat hun handelwijze geen diefstal is. Hun advocaten sturen aan op vrijspraak.
Neurenberg, de stad van het houten speelgoed, het oorlogstribunaal en de Neurenberger rassenwetten, was er tot vorig jaar vanuit gegaan dat eventuele goudrestanten uit lijken na het verbranden automatisch met de as in de urnen zouden terechtkomen. Door de aanwezigheid van een metaalfilter bleven de kostbare resten echter – samen met spijkers van de kist en metalen heupprothesen – in de oven achter, zodat de medewerkers van het crematorium ze ‘voor het oprapen’ hadden.
Inmiddels heeft Neurenberg speciale goudopvangapparatuur voor het crematorium aangeschaft, zodat de ongeorganiseerde ontvreemding door willekeurige werknemers niet langer mogelijk is, zo heeft een woordvoerder van het stadsbestuur voor het gerechtshof verklaard. Voortaan, zo zei hij, zal de opbrengst van het goud uit de verbrande lijken rechtstreeks en wettelijk aan de stad Neurenberg ten goede komen. Bij een goudprijs van 18 a 19 euro per gram wordt gerekend op een bedrag van 250.000 euro per jaar.
Net als in een vergelijkbare zaak in de Duitse stad Hof voerden de zes verdachten van de goudroof als verdediging voor hun handelwijze aan dat het goud uit de verbrande lijken van niemand was, een res nullius, en dat het daarom straffeloos meegenomen mocht worden door eenieder die het vond.
In de juridische literatuur wordt het eigendomsrecht op ‘Das Zahngold‘ inderdaad al enige tijd als een ‘schemergebied’ gezien. De Duitsers spreken in dit verband van een Grauzone. Het goud hoort op het moment dat het lichaam is verbrand nergens meer bij, maar zoals blijkt is het toch niet zonder waarde.
De zaak tegen de zes creatieve crematoriummedewerkers duurt nog ten minste tot 12 januari. De uitspraak wordt nog enkele weken later verwacht. (Mainz.Beob.)